Steranijs wordt wel gezien als een bijzondere specerij. Het doet denken aan anijs of eigen anijszaad, en dan met name wat smaak en vooral geur betreft. Maar er is toch wel een wezenlijk verschil tussen beide.
Beide specerijen worden overigens vaak in dezelfde kruidenmixen gebruikt, en komen bijvoorbeeld vaak voor in koekkruiden of speculaaskruiden. Denk maar eens aan de specifiek smaak van dikke speculaas.
Het is de gedroogde bloem, en dat kun je goed zien aan de steranijs, van de Illicium Verum, ook wel de echte anijsboom genoemd, een boom die in veel Aziatische landen te vinden is.
De vruchten, en dus ook de gedroogde bloemen, bevatten veel anethol. Nu zul je misschien deze stof niet kennen, maar dit is de stof die er voor zorgt dat het wat smaak en geur betreft veel op anijs lijkt.
Overigens is de boom of struik waar deze sterachtige specerij vanaf komt niet te verwarren met de Illicium Anisatum, ook wel Chinese anijsboom genoemd en in Japan Shikimi, want de vruchten daarvan zijn giftig.
Doordat er nu beter opgelet wordt bij de productie van steranijs, komt het niet meer voor dat de specerij ook giftige exemplaren bevat, maar vroeger kwam dat wel eens voor.
Overigens worden de vruchten van de Illicium Anisatum wel gebruikt voor medische doeleinden.
Waar steranijs voor gebruiken?
In Nederland kennen we de steranijs vooral van de lekkernijen die in de maand december gegeten worden, maar we zijn lang niet het enige land dat deze specerij veelvuldig gebruiken, de koek is niet het enige waarin het verwerkt kan worden.
Zo kent men onder andere in grote delen van Duitsland, Oostenrijk, en Zwitserland de lebkuchen. Dat lijkt veel op speculaas maar is toch weer net ietwat anders. En het wordt niet allen met Sinterklaas en kerst gegeten. Zo kun je bijvoorbeeld op het Oktoberfest in München Lebkuchen in de vorm van een hart kopen, wat dan natuurlijk bedoeld is om aan je geliefde te geven.
Verder kan steranijs nog gebruikt worden in:
Hachée is ook zo’n typisch Nederlands gerecht, waarin deze specerij verwerkt kan worden. Beide, de steranijs en de Hachée, stammen eigenlijk uit het verleden waarin we Nederlanders een grote connectie hadden met onder andere Indonesië.
Daarnaast wordt het natuurlijk gebruikt in veel Chinese, Indonesische, en Aziatische gerechten, in stoofschotels, in diverse soorten curry, in soepen, en ga zo maar door.
En je kunt er heerlijke thee van maken, waarbij je de steranijs niet hoeft te pletten of kleiner te snijden, maar de hele specerij het beste in een buideltje met eventueel andere ingrediënten in heet water kunt hangen om te laten trekken.
